Overal lees je artikelen waarbij de don’ts bij het inrichten van je interieur worden uitgelicht. Leuk, maar wat moet je nou eigenlijk wel doen?! Daar ga ik je in dit artikel een handje bij helpen. Met deze tips kun jij je interieur inrichten als een pro!
1. Kies voor een interieurarchitect
Het is slim om een interieurarchitect naar je interieur te laten kijken. Ik bedoel hiermee geen interieurstylist of een interieurontwerper, maar echt een interieurarchitect. Wist je dat je jezelf niet zomaar architect mag noemen? Hier moet je daadwerkelijk een opleiding voor hebben gevolgd. Je mag er dus vanuit gaan dat deze persoon echt een hoog kennisniveau heeft en een goede, creatieve manier van denken heeft. Een interieurarchitect kijkt bijvoorbeeld niet alleen naar het interieurontwerp, maar kan ook nadenken over bijvoorbeeld de routing in je interieur. Is het bijvoorbeeld logisch om je keuken op die plek te hebben? Daarnaast denkt hij of zij ook na over wanden die eventueel doorgebroken kunnen worden. Kortom: een interieurarchitect inhuren is echt van toegevoegde waarde, omdat deze waarschijnlijk kansen ziet in je interieur die je zelf nog niet hebt gezien.
2. Kies voor “out of your comfort”
Natuurlijk moet een interieur bij je passen, maar pas op dat je voor “te veilig” kiest. Een interieur kan daardoor namelijk best wel saai uitpakken. Ga je daarom eens goed oriënteren en denk ook eens out of the box. Wanneer je bijvoorbeeld kijkt in een woonmagazine, valt het je wellicht op dat muren vaak niet wit blijven, maar allemaal voorzien worden van een tint. Daarnaast mag je alleen kasten tegen de muur zetten. De andere meubels laat je allemaal iets van de muur springen. Dit geldt bijvoorbeeld ook voor je bankstel. Hierdoor creëer je een ruimtelijk effect.
3. Kies voor het juiste formaat
Dit is wellicht nog het moeilijkste, maar je moet kiezen voor het juiste formaat meubels. Kies vooral niet voor te kleine meubels. Je meubels zijn namelijk de basis van je interieur en door grotere meubels te kiezen, laat je de ruimte ook groter ogen. Pas er wel voor op dat je natuurlijk niet doorslaat. Wanneer je echt té grote meubels kiest voor je interieur, wordt het propperig, vol en rommelig.
4. Pas de 60-30-10 regel toe
Wil je echt professioneel je interieur inrichten? Dan ga je aan de slag met de 60-30-10 regel. Eigenlijk is dit vrij eenvoudig. Je kiest 3 kleuren voor je interieur. Deze kleuren mogen op elkaar lijken voor een rustig geheel, maar ze mogen juist ook van elkaar verschillen voor extra pit en contrast. De eerste kleur gebruik je voor ongeveer 60% van de kamer, de tweede krijgt een aandeel van 30% en de laatste (slechts) 10%. De eerste is dus de primaire kleur bij je in huis, de tweede kleur de secundaire en de laatste is een accentkleur.
